Flexibel bouwen

In de discussies rond ‘duurzaam vastgoed’ valt op dat de wijze waarop wij omgaan met ons energieverbruik op de voorgrond staat. Als bouwwereld stimuleren we dit bewustzijn met verschillende maatregelen (EPC, normen, subsidies…). Een gebouw dat een ‘nul op de meter’ toont krijgt een pluim; is duurzaam.

Hoe we omgaan met energie lijkt synoniem aan de mate waarop wij duurzaam bouwen. En natuurlijk is minder verspilling en het succesvol gebruik maken van alternatieve bronnen essentieel, maar er is meer dat een rol speelt in onze zoektocht naar een beter klimaat, waaronder flexibel(er) bouwen, een fenomeen dat is samen te vatten in 5 thema’s:

• Hoe creëren we ruimten met (over)maat (hoogte, breedte, diepte), vrij- en herindeelbaar en aanpasbaar oppervlak, installatieve voorzieningen ed., zodat bewoners in de gelegenheid zijn om meer, verschillende indelingen te realiseren zonder bouwkundige ingrepen (= Polyvalentie).
• Hoe creëren we ruimten voor meer soorten van gebruik (functies, installaties, gewicht, geluid, vochtigheid…), zonder dat daarvoor de ruimtelijke indeling of de voorzieningen hoeven worden aangepast (= Multifunctionaliteit).
• Hoe kunnen we de mogelijkheid bieden om op eenvoudige wijze verschillende ruimten aan te passen, te verbinden, op te delen of te schakelen, met behulp van flexibele, bouwkundige en installatieve elementen (= Veranderbaarheid & Aanpasbaarheid).
• Hoe kunnen we de mogelijkheid geven, door bijvoorbeeld extra (draag)vermogen of installaties, om het totale gebruiksoppervlak door de tijd heen uit te breiden, op te toppen, uit te bouwen… met onze levensloop mee te laten groeien (Uitbreidbaarheid).
• Hoe kunnen we de mogelijkheid geven om functionaliteiten zoals een keuken, het toilet, de badkamer, wanden of desnoods je huis als geheel, eenvoudig te verplaatsen (= Verplaatsbaarheid).

Elke soort van ruimte kent daarbij een eigen context waar we vanuit het ontwerp, de organisatie en bouwproces met zorg inhoud aan geven.